De reis gaat verder. Het hart-thema hield me voorlopig nog bezig en kennelijk had het een bedoeling. Is mijn Parkinsonreis een harts-tocht? Is dat de plek waar ik moet zijn? Moet ik leren omgaan met mijn hart-zeer en harten-pijn? Moet ik meer open-hartig zijn? Is het een kwestie van hart-elijkheid?
Is het openen van je hart hetzelfde als het ontdekken van je hart en alle verlangens en begeertes onder het gezag van de liefde stellen, zodat ik nog meer in tevredenheid met mijzelf kan leven? Of is het -zoals in de leer van Boeddha- het vinden van de weg om met mijn lijden om te gaan? Als de deuren van het hart naar binnen opengaan is mijn weg naar genezing dan de innerlijke weg van heling? Heling als een transformatie, een opnieuw bewust-worden en terug naar de kern waar het allemaal begon en zal eindigen, namelijk het hart.
Door innerlijke verbinding te maken met het hart zal ik in contact kunnen komen met het grote veld van stilte om me heen; daar waar niets is en niets moet. En daar is dan de mogelijkheid voor de ziel om verbinding te maken met wat ik heb uitgesloten.
Parkinson als een nieuwe kans tot zelfverwerkelijking en dus de grote ommekeer.